De vreselijke dood van Willem de Zwijger

Auteur(s)
Jardine Lisa
Uitgever
Omniboek
ISBN
978 94 0190 383 7

De vreselijke dood van Willem de Zwijger

Terwijl de fanatieke veganist en dierenrechtenactivist Volkert van der Graaf, de moordenaar van de politieke dandy en briljante populist Pim Fortuyn (het gebeurde op 6 mei 2002 in Hilversum), vrij in Nederland rondloopt en daar zelfs op straat kan joggen, werd Balthasar Gérard, de katholieke moordenaar van de protestantse prins Willem van Oranje, op 10 juli 1584 na zijn arrestatie in Delft erg bloederig gemarteld en publiekelijk gevierendeeld. De eerste moordenaar zag in het optreden van Pim Fortuyn een gevaar voor de kwetsbare groepen in de samenleving; de tweede moordenaar zag in Willem van Oranje een verrader van Spanje en een ontaarde ketter.     

Willem de Zwijger werd in Nassau, in het slot Dillenburg in Duitsland, in 1533 geboren en streed niet zijn hele leven tegen de Spanjaarden. In het begin van zijn bewogen leven, in 1559, werd hij door Filips zelfs benoemd tot ridder in de Orde van het Gulden Vlies. In die roerige zestiende eeuw was dat zelfs voor een prins van den bloede aanvankelijk een bijzonder prestigieuze erkenning van zijn belangrijkheid als wereldlijk raadgever en hoge adellijke ambtenaar of als stadhouder ten dienste van zijn katholieke keizerlijke Habsburgse meesters. Later zou hij meer en meer de grote doch soms wel weifelende leider worden in de strijd tegen de gehate kardinaal Granvelle en tegen twee hertogen (van Alva en van Parma), tegen geldgebrek (huurlegers kostten ook toen al handen vol geld), tegen religieuze onverdraagzaamheid (de calvinisten, de dopers en de luthersen bestreden de paus van Rome als de antichrist) en tegen de verdeeldheid in de Spaanse Nederlanden die toen nota bene vooral in het zuiden letterlijk groter of uitgestrekter waren dan nu, met o.m. de steden Kamerijk (Cambrai), Atrecht (Arras) en Sint-Omaars. De Britse historica en voormalig hoogleraar Lisa Jardine (°1944) liet in 2005 in Londen een boek publiceren met als titel The Awful End of Prince William the Silent: The First Assassination of a Head of State With a Handgun. Dat merkwaardig zakelijk en nuchter geschreven boek werd vertaald in het Nederlands en verleden jaar ook hier in de Nederlanden uitgegeven. Laat mij het begin van haar voorwoord citeren: “Toen prins Willem van Oranje in 1584 in de hal van zijn residentie te Delft werd neergeschoten, bracht zijn dood de protestantse zaak in de Lage Landen aan het wankelen. Zonder hun charismatische leider leken de Nederlandse tegenstanders van de rooms-katholieke bezettingsmacht van Filips II van Spanje gedoemd om voorgoed onder de heerschappij van de Habsburgs te worden gebracht.” Haar boek heeft zij ingedeeld in zes korte hoofdstukken die de hele zaak ook op een Europees niveau tillen en snel alle technische details en gebeurtenissen verklaren en toelichten: 1. Hoe er een prijs op het hoofd van de prins van Oranje kwam te staan, 2. Laaghartige moord, 3. Een wonderbaarlijke ontsnapping, 4. Het radslotpistool – geschikt om te doden, 5. Engelse nasleep 1 en ten slotte Engelse nasleep 2 met nog een nawoord en vijf bijlagen, illustraties, eindnoten, een bibliografie en een index. Alles wetenschappelijk verantwoord en goed verwoord, maar er is altijd ook een maar, natuurlijk; de Britse historica kent ofwel geen Latijn ofwel weet zij niet van het bestaan van Grotius…

Hugo de Groot

Grotius, de rechtsgeleerde Hugo de Groot (Delft, 1583 – Rostock, 1645), is samen met Erasmus en Spinoza één van de drie grote denkers uit het vaderlandse verleden. De geleerde schreef uiteraard in het Latijn. Zijn minder bekend maar zeer gedetailleerd en uitvoerig werk  Annales et historiae de rebus Belgicis schreef hij in de geest van Tacitus, tussen 1601 en 1602. Het werd onlangs opnieuw vertaald als Kroniek van de Nederlandse oorlog (Uitgeverij Vantilt, 2014) en dit boek gaat uiteraard over de Opstand (1559-1588) in onze Nederlanden. De titel van dit boek ontbrak helaas in haar bibliografie, waarin zij wel naar de historicus Pieter Geyl verwijst. Voorts ontbreekt een verwijzing naar het zeer goede (en beter leesbare) boek Op weg naar tachtig jaar oorlog (Uitgeverij Balans, 2011) van de historicus J.J. Woltjer. Zijn boek vertelt het verhaal van de eeuw waarin ons land ontstond en handelt over de voorgeschiedenis en de eerste fasen van de Nederlandse opstand. Vooral Op weg naar tachtig jaar oorlog kan ik onze lezers aanraden, omdat dit boek alles klaar en duidelijk samenvat in een ruimer en overzichtelijker kader, en waarin de figuur Willem van Oranje veel beter werd geschetst en geportretteerd. Ik citeer een passage over onze Oranje: “Oranje was de enige overgeblevene van de hoogadellijke oppositie uit de jaren voor de Beeldenstorm. Al in oktober 1567, dus kort na de komst van Alva en de arrestatie van Egmond en Horn, voerde Oranje in Kleef besprekingen met enige tientallen ‘graven en heren’. We weten niet wat hier is besproken. De vraag of men zich gewapend zou verzetten tegen Alva?” Kortom, het boekje over de moord op Willem van Oranje is minder belangrijk dan de denkbeelden en daden van de vermoorde staatsman. Maar de geschiedschrijving kan natuurlijk niet zonder de juiste beschrijving van de waargebeurde feiten.

Lisa Jardine, De vreselijke dood van Willem de Zwijger, ondertitel: “De eerste politieke moord in een lange rij van spraakmakende aanslagen met een handvuurwapen”, in de reeks ‘Keerpunten in de geschiedenis’