Wat gebeurt er als een vooraanstaand natuurkundige terugkijkt op het ontstaan van de wetenschap? Steven Weinbergs reis van Thales en Ptolemaeus langs al-Biruni en Oresme naar Galileo en Newton is geen geschiedenisboek in de gangbare zin van het woord. Het vertelt hoe de wetenschap, vaak toevalligerwijs, ontstond uit het netwerk van ideeën dat ook religie, poëzie, filosofie, wiskunde en technologie omvatte. De geleerden wisten niet alleen niet wat wij nu wél weten, ze wisten zelfs niet wat er te weten was, of hoe zij daar achter konden komen.
Weinberg schenkt veel aandacht aan de moeite die het gekost heeft om te leren hoe wij iets over de wereld kunnen leren – en welke ingrijpende veranderingen in het denken dat met zich heeft meegebracht. Hij verdiept zich met de kennis van nu in de problemen van zijn grote voorgangers. Het resultaat is verrassend en prikkelend.