Kort na de afscheidsceremonie voor de kunstcriticus Jaak Fontier (1927-2017) in het crematorium De Blauwe Toren in Brugge vertrok Renaat Ramon met een luchtschip (geen gevaarlijke brandbare zeppelin) naar Rio de Janeiro. Niet om daar op het strand te gaan liggen of te gaan paraderen in de Braziliaanse stad onder het monumentale standbeeld van Christus. Nee, samen met de jonge innemende kunstenares Lies van Gasse, bekend door haar grillige ‘graphic poems’, vormt Ramon de tweekoppige delegatie van in totaal 70 dichters uit 22 landen. Voor de Tentoonstelling voor Visuele Poëzie (Imagética) die daar loopt tot en met 27 april 2017.
Het lijkt wel of de dichter, schrijver en beeldontwerper Renaat Ramon (°Brugge, 1936) niettegenstaande zijn al gezegende Bijbelse leeftijd niet de minste last heeft van hoogtevrees, doodsangst en metaalmoeheid. Ook de traagheid van de treinen en de middelmatigheid hebben geen vat op deze veelzijdige, belezen en bereisde (eerder was hij met zijn plastisch werk al aanwezig in Frankrijk, Finland en Canada!) kunstenaar die geen grappenmaker is, maar wel een subtiele vorm van humor beoefent.
Gaston Durnez
Ook de bekende publicist, biograaf van Chesterton en Felix Timmermans, fijne humorist en voormalig journalist Gaston Durnez schreef onlangs een ode aan de dichter Renaat Ramon. Durnez schrijft terecht: “De tachtigjarige Renaat Ramon is sinds vele jaren een bedrijvige veelzijdige kunstenaar die poëzie en artistieke intuïtie paart aan ambachtelijke kennis, aan liefde voor wiskunde en filosofie.” Want niet iedereen kan zomaar naar Brazilië gaan en we zouden naast al Ramons activiteiten en exploten wel eens kunnen vergeten dat hij ook nog een veel te bescheiden en onderschatte dichter is van een soort van leespoëzie die nog veel te weinig wordt gewaardeerd. Daarin filosofeert deze dichter mijmerend en niet zonder subtiele humor, evenals zijn kompaan en generatiegenoot Gaston Durnez. Hij observeert de wereld en maakt soms gedurfde gedachtesprongen, als een literair-filosofische taalacrobaat.
Draagvlak en vizier
Zijn meest recente dichtbundel, ‘Draagvlak en vizier’, verscheen verleden zomer en werd opgebouwd omheen vier delen: ‘Dierbare vrienden’ (elke gedicht werd opgedragen aan een nog levende vriend), ‘Memorandum’ (opgedragen aan zijn overleden vrienden of geestgenoten), ‘Veduta’ en ‘Grand Café Parnas’. Het meest indrukwekkende gedicht is getiteld ‘Giardano Bruno en de zwarte kunst van het geheugen’. Het is een driedelig gedicht van drie bladzijden dat op Ramons rustige parlandotoon toch de essentie van de leer en het leven van deze ketter evoceert. Het zal de lezer niet zijn ontgaan dat deze Italiaan als een martelaar van het vrije woord op de brandstapel eindigde. Ramon beschrijft hem in zijn lange gedicht van zeven gebeitelde strofen met de nodige historische kennis en de nodige empathie. De kortste en voorlaatste strofe luidt als volgt:
“Je moet naar het Zuiden hebben verlangd,
maar in Venetië heb je het sombere gelaat
van de huichelaars gezien, gehoord
de vrome stem van het verraad.”
Kortom, dit is het soort gedichten dat we te zelden kunnen lezen, omdat dit een historisch gedicht werd en is. Deze zevende dichtbundel is opnieuw letterlijk en figuurlijk een zeldzaam boek (op slechts 200 exemplaren). De hele bundel werd trouwens opgedragen aan de Antwerpse culturele goeroe Henri-Floris Jespers, die zich momenteel opsluit in eenzaamheid in een woning op de Marialei in Berchem, ooit van zijn grootvader, de bekende Antwerpse schilder Floris Jespers. En zo keren we terug van Rio de Janeiro naar Antwerpen. Met deze alerte en actieve Ramon (wiskunstenaar, wereldreiziger en woordenweger) is nog alles mogelijk. Eén van zijn uitspraken klinkt immers gevaarlijk optimistisch en gevaarlijk pessimistisch: “Alles is nog mogelijk”, zoals zijn onverwachte verre reis naar het verre Brazilië het ons bewijst.