Ernest Claes: de biografie van een heer uit Zichem

Auteur(s)
Govaerts Bert
Uitgever
Houtekiet
ISBN
978 90 8924 455 0

Ernest Claes: de biografie van een heer uit Zichem

Nest Claes was een vat vol tegenstellingen en werd voortdurend heen en weer geslingerd tussen wat hij graag deed en wat hij meende wat er van hem verwacht werd. Dat leidde tot heel wat gemijmer, en soms zakte hij weg in een depressie. Tijdens zijn prille jeugdjaren kende het grote gezin Claes in Zichem, samen met zoveel anderen, armoede. Vooral na het vroegtijdig overlijden van vader. Het was mee te danken aan de financiële steun van de paters van Averbode dat de jonge Ernest kon verder studeren. Eenmaal afgestudeerd als doctor in de Germaanse filologie in Leuven was hij totaal vervreemd van zijn familie.

Als jonge afgestudeerde werd hij door Frans van Cauwelaert en Alfons van de Perre opgevist en ging hij in hun dienst aan de slag op het Vlaamse Secretariaat. Tijdens de Eerste Wereldoorlog sympathiseerde de jonge Claes als ambtenaar in Le Havre in stilte met de ideeën van de Frontbeweging (Rik Borginon werd een goede vriend) maar was hij een informant van Van Cauwelaert die in Nederland verbleef. Tegelijkertijd uitte Nesten zich als Belgisch patriot die hunkerde naar een officieel ereteken.

Parlement

Tijdens het interbellum kon Claes dankzij onder meer de steun van Van Cauwelaert aan de slag als redacteur van het Beknopt Verslag in het parlement. Hij zou er opklimmen tot directeur. Ernest Claes verdiende er goed zijn brood, maar toch uitte hij onder schuilnaam en in zijn dagboek in toenemende mate zijn afkeer voor de parlementaire democratie.

Hij was vooral de schrijver van één boek, “De Witte”, dat tot op heden 127 drukken mocht kennen – in 2020 vieren we de honderdste verjaardag van het verschijnen ervan. Het luchtige en onderhoudende volksboek kende bij ons en ook in Duitsland een ongeëvenaard succes. Hoe graag Claes ook het niveau wilde bereiken van zijn vriend Stijn Streuvels, het is hem nooit gelukt. Claes bleef een volksschrijver. In Nederland werd hij niet aanzien als een literator. Hij was vooral de man van de novelle en het kortverhaal. Romans schrijven lukte hem niet zo best.

In het Duitsland van de jaren dertig kwam Nest Claes graag en veel. Zijn boeken verkochten er als warme broodjes. Hij hield er tientallen lezingen en signeersessies. Over de prestaties van de ‘volksmens’ Adolf Hitler was hij best te spreken. In zijn goed gedocumenteerde en vlot geschreven biografie onthult Bert Govaerts hoe hij ontdekte dat Claes in het lijfblad van de SS, “Das Schwarze Korps” zes artikels publiceerde. In september 1936 woonde hij in Buenos Aires het PEN-congres bij. Hij verdedigde er de Duitse schrijvers uit nazi-Duitsland, die niet uitgenodigd waren. Pas na de brutale annexatie van Tsjechoslowakije in maart 1939 gingen de ogen van de romantische dromer Claes open en distantieerde hij zich van nazi-Duitsland. Kort na de bezetting van ons land sloot hij zich aan bij diegenen die “geen tweede activisme” wilden. Maar de onverwachte en totale nederlaag van Frankrijk deden hem van gedacht veranderen. Ernest Claes sloot zich in de zomer van 1940 aan bij de Volksbeweging-oproep van VNV-leider Staf de Clercq. Hoewel hij dat na de bezetting ‘vergat’, was Claes geheim lid van het VNV en verkeerde hij op vertrouwelijke voet met de VNV-leider, maar ook met Gerard Romsée, Jan Grauls…

Nog in juni/juli 1944 onderhandelde Claes met Nieuwe Orde-uitgevers over de uitgave van nieuw en oud werk. In zijn naïviteit meende hij dat hij hiermee niets verkeerds deed. Hij wilde steeds de meest voordelige contracten voor zichzelf en veel, heel veel boeken verkopen.

De repressie, de vier maanden in de gevangenis (“Cel 269”), de vernieling van een deel van de inboedel van zijn huis door tuig van de richel in mei 1945 en de jarenlange onzekerheid omtrent zijn proces betekenden een breuk in zijn leven. Dankzij onder meer de inzet van zijn echtgenote, een aantal vrienden en de onbenulligheden in zijn dossier – veel kwam niet boven water of werd in een ander daglicht gesteld – werd hij in eerste en in tweede aanleg vrijgesproken. Na zijn 65ste verjaardag werd Ernest Claes de rentenier van zijn eigen roem, die veel en graag gelauwerd werd.

Het negen grote hoofdstukken tellende boek “Ernest Claes” is een lekkere ‘ouderwetse’ en gedetailleerde biografie. Govaerts’ onderwerp was weliswaar een complexe man maar tezelfdertijd een heel boeiende persoonlijkheid. Beslist een aanrader. Bibliografie, notenapparaat en personenregister zijn aanwezig.