Een levenslustige meid uit Brugge wordt non in een keihard klooster van de arme klaren in de Verenigde Staten. Is dat stof voor een verhaal? In deze cynische, areligieuze en spotzieke tijd amper. Toch heeft Johan de Vos, een fotografie-expert, over zijn zus Godelieve een aardig en waardig verhaal geschreven. Hij verhaalt haar leven in mooie zinnen. Wat het bijzonder boeiend maakt, is de tegenstelling tussen de toenemende lauwheid en desinteresse van de familie De Vos in Brugge voor al wat van dicht of van ver de Kerk raakt, en het continue dronken zijn van godsdienstigheid wat Godelieve in haar Amerikaanse clarissenklooster met vreugde ondergaat, na een tienertijd van mooie kleren, vrienden, vriendinnen, make-up en muziek.
Godelieve stierf op haar 79ste in 2003 als claris in het Monastery of the Poor Clares Coletine in Cleveland, VS, een oud religieus bolwerk van het Amerikaanse katholicisme. De klaren leiden een leven dat voor hun geloofsgenoten uit de lekenstand anno 2014 droog en eentonig is en voor buitenstaanders aanstootgevend. Wat brengen die biddende, vastende en zwijgende maagden voort? Het boek krijgt als motto een zin van Gustave Flaubert: “Niets is saai als je er lang genoeg naar kijkt.” De auteur is een professionele waarnemer van beelden en nuances. Hij onthult in 192 bladzijden het leven van een vrouw die inderdaad zielsgelukkig is als onderdaan van de Regel. De Regel van de klaren is snoeihard, militaristisch, automatisch en alomvattend. Enkel wie door ziekte of lichamelijke tegenspoed niet meer uit de voeten kan, wordt ontslagen van het staccato van de talrijke gebedsdiensten die midden in de nacht niet ophouden. Godelieve schilderde, maar niet zoals Luc Tuymans of Sam Dillemans. Haar vrome prenten à la Saint-Sulpice (picturale zoetigheden, die in de buurt van de Parijse kerk Saint-Sulpice verkocht werden) vielen in de smaak van de medezusters en de bezoekers.
Haïti
Hoe belandt de frivole dochter van een Brugse beenhouwer in dergelijk bastion? Haar leven is rechtlijnig na de aanvankelijke intrede bij de missiezusters van de Jacht in Heverlee. Zij krijgt een opleiding in de VS om eventueel te missioneren in Haïti. Ziekte belet Godelieve om ingezet te worden. Dertien maanden verblijft zij voor herstel in een kloosterhospitaal, waar haar belangstelling voor de clarissen ontkiemt. Van actieve missionaris wordt zij een beschouwende claris, en dat bevalt haar zeer, te meten aan het aantal vrolijke foto’s in het boek en de briefwisseling die over de jaren op gang komt met de familie in Brugge.
“Godelieve van Amerika” is goed geschreven. Het boek zwalpt tussen donker en licht, is zeer herkenbaar voor elke zestigplusser van onze contreien en is leerzaam voor de jeugd. Godelieve illustreerde de Vlaamse Kerk in de kering. Zij groeide op in Brugge toen de laatste verschijnselen van het rijke roomse leven zichtbaar en tastbaar waren. Het gezin De Vos was van de middenstand, met een hardwerkende pa en een zorgzame ma aan de haard met zes kinderen. Katholieken die zich toonden, maar waar de twijfel verscheen. Was de beleving religieus of sociologisch?
Levensbeschouwing
Godelieve maakte het zichzelf en haar familie niet gemakkelijk, door in te treden bij de clarissen in Cleveland. De Regel bewaakte vanaf dan elke minuut van haar bestaan. De schrijver leerde uit de correspondentie van Godelieve, zijn bezoeken aan het klooster, de tochten van de overige zussen naar de VS en uit boeken over de clarissen, waarom zij jubelend gelukkig was.
Het thuisfront beleefde een omgekeerde evolutie. Hun routineuze katholicisme werd leeg, poreus en zwalpend. Met Godelieve kwam het daarover nooit tot een gesprek of een uitwisseling. De achterban is Vlaams, of beter West-Vlaams en daar is, nog minder dan elders in Vlaanderen, een schokkende en verontrustende botsing over levensbeschouwing oorbaar. Johan de Vos, oud-misdienaar (wie van de Vlaamse katholieke zestigplussers was dat niet?), jarenlang fotorecensent van Knack (meer dan tweeduizend bijdragen), begrijpt weinig van de roeping van Godelieve, echter, hij doet meer dan zijn best om een religieus leven te schetsen dat hij bewondert, met een laagje jaloezie. Zo haar zien vonken van verlangen naar het Hogere.