De Oost-Europese landen bevinden zich na de val van het communisme in een moeilijke overgangsfase; welvaart en democratie komen niet zo snel als verwacht uit de hemel vallen. Het Westen heeft geleidelijk zijn belangstelling voor dat hervormingsproces verschoven naar dat van zijn eigen veiligheid. Uit het leven van een anticommunist bevat de herinneringen van Oost-Europakenner Martin van den Heuvel, die al ruim dertig jaar nauw betrokken is geweest bij dat deel van de wereld. In zijn studententijd (tijdens de Koude Oorlog) was de Sovjet-Unie een vijand, toen hij de nuances van het vijandbeeld kennen, en weer terug in Nederland belandde hij in een anti-Amerikanisme waarbij de communistische wereld er vaak nog beter afkwam. Van den Heuvel bezocht regelmatig alle Oost-Europese landen en sprak behalve met overheidsdienaren ook met dissidenten als Sacharov, Hàjek en Havel. Hij liet zijn kans op een tweede (NOS-) correspondentschap schieten door zich in 1988 openlijk voor de onafhankelijkheid